5 Oktober 2014, exact 5 maanden na mijn vertrek uit Wateringen, heb ik mijn stempel gehaald bij het Oficina do Peregrinos in Santiago de Compostela. Gelukkig was ik vroeg, dus de rij voor me was maar zo’n 20 mensen lang. Ik heb besloten geen compostela (certificaat) te nemen; ik heb er niks mee, en ik kan er niks mee. Na de stempel nog een uurtje doorgebracht in de Huiskamer van de Lage Landen, in hetzelfde pand. Vervolgens nog even terug naar het plein voor de kathedraal, voor een paar selfies en een ‘rondje’, en toen kon ik om 11:00 eindelijk richting Fisterra. Half en half hoopte ik in Santiago Maarten nog tegen te komen, maar dat zou natuurlijk wel heel toevallig geweest zijn, (Maarten, als je dit leest: stuur me even een berichtje; ik heb je e-mailadres niet, en ik ben benieuwd hoe het je vergaan is.)
Omdat in Santiago alle winkels gewoon open zijn, dringt het pas buiten de stad tot me door dat het vandaag zondag is, en dat ik het kopen van een brood dus wel kan vergeten. Ik zal dus voor Negreira een kampeerplaats moeten vinden, zodat ik morgen in Negreira weer boodschappen kan doen. Omdat het fruit waar ik met mijn wandelstok tegen tik (appels, peren, vijgen) weigert de bijbehorende boom los te laten, bestaat het dieet vandaag uit chocoladebroodjes en mueslirepen.
’s Ochtends en aan het begin van de middag is het prachtig weer. Daarna komen er geleidelijk aan wat wolken binnen drijven, en mijn vertrouwen dat het best droog zal blijven, gaat langzaam over in de hoop dat ik in ieder geval voor de regen de tent op kan zetten.
Uiteindelijk vind ik geen geschikte plek, en beland ik toch in Negreira. Ik besluit me dan maar bij de gemeentelijke albergue te melden, want die zal in ieder geval goedkoper zijn dan partikuliere albergues. Onderweg door het stadje word ik door verschillende mensen, andere pelgrims en hospitaleros van partikuliere albergues, gewaarschuwd dat de gemeentelijke albergue vol is. Ik doe of ik gek ben en loop toch door; een partikuliere albergue is sowieso te duur. Aangekomen bij de albergue blijkt die inderdaad vol, en om die reden is de hospitalera even naar huis; een briefje meldt dat ze om 8 uur terug zal zijn. Dat is 2 uur wachten; ik neem het risico.
8 Uur blijkt half zeven te worden, dus dat is mooi. En als ik vraag of ik mijn tent op mag zetten, is dat geen probleem. En voordat ik de kans krijg om te vragen of ik moet betalen, is ze alweer vertrokken; goed, ik heb nu geen stempel, maar spaar wel 6 euro uit voor een overnachting. Omdat ik geld voor een overnachting uitspaar, gun ik mezelf het pelgrimsmenu voor 7 euro waar ik onderweg reclame voor zag.
Vanmorgen in Santiago ben ik nog een paar bekende gezichten tegengekomen, dus ik heb wat afscheid kunnen nemen. Alex, een Griek die heel krampachtig op zoek was naar camino-vrienden, en uiteindelijk opgenomen werd door een groep joviale Spanjaarden; Chebbi (Chevvi? Chibbi? Chivvi?), een Spaanse IT’er die zich niet kon voorstellen dat ik genoeg had van de IT; Dahrma, een Indonesische jongen die sinds een jaar of 10 in Spanje woont; allemaal jonge mensen, en ze gaan allemaal met de bus naar Fisterra.
In de albergue kom ik Gérard tegen; ik kom hem al sinds Oviedo elke dag minstens 1 keer tegen, en vaak overnachten we in dezelfde albergue. Gérard is een Fransman die in etappes loopt. Etappe 1 was van Turijn in Italië naar Le Puy in Frankrijk. Etappe 2, 3 jaar geleden, was van Le Puy naar Irún in Spanje; daarbij heeft hij zijn knieën zo kapot gelopen dat hij een half jaar lang geen trappen heeft kunnen lopen zonder hulp. Daarna heeft hij zo hard getraind, dat hij nu over de Camino del Norte en de Camino Primitivo naar Santiago heeft gelopen. Hij heeft besloten dat laatste stukje naar Fisterra (100 kilometer) er ook nog maar bij te doen. Even voor de volledigheid: Gérard is 70 jaar. En dan niet van het type ‘haantje’; als je hem ziet lopen, is het gewoon een bedeesde oude man die een stukje gaat wandelen, maar dan met een rugzak.
Van Gérard hoor ik dat Andreas waarschijnlijk ook ergens in het dorp logeert; die zal ik dus van de week ook nog wel tegenkomen.
En op de valreep heb ik mijn setje reserve-veters nog nodig, dus die 11 gram heb ik ook niet voor niets meegesleept.
Naam | Albergue de Peregrinos |
Plaats | Negreira |
Prijs per nacht | €6,00 voor een bed, niets voor een tent |
Douche | Bij de prijs inbegrepen. |
Wifi | Nee. |
Eten | Verschillende restaurants en winkels in het stadje op 10 minuten lopen. |
Denk je dat je later toch geen spijt krijgt dan je het certificaat niet hebt genomen Rob?
Maar wel een TOP prestatie.
Nee, ik denk niet dat ik daar spijt van krijg. Als ik op een gegeven moment een huis heb, wil ik een lijst vinden die groot genoeg is voor mijn credencials (stempelkaarten). Dat vind ik een veel mooier souvenir. Dat certificaat gaat over Santiago, en Santiago was maar 1 dag van mijn camino; de stempels gaan over de hele reis.