In 2014 liep ik van Wateringen in Nederland (in het Westland) naar Fisterra in Spanje (ten westen van Santiago de Compostela).
Daarna besloot ik om niet terug te keren naar Nederland, maar verder te zwerven.
Sinds begin 2022 heb ik, na bijna 8 jaar zwerven in Noord-Spanje en heel Frankrijk, een huisje in de Loire-Atlantique in Frankrijk.
Ik volg momenteel een opleiding waarmee ik straks aan de slag kan in de hulpverlening.

Archief

Hospitalero

Niet alleen negatief

Gisteren kwam er een Finse pelgrim aan. Hij is in Finland gestart, en heeft de weg tot hier afwisselend lopend, fietsend en liftend afgelegd; hiervandaan gaat hij door naar Santiago de Compostela, en dan naar Portugal. Hij was op zoek naar een overnachtingsplaats, maar had geen geld.

Omdat het ’s nachts al behoorlijk koud is, mocht hij van Marilo een bed uitzoeken zonder te betalen. Als dat voor mij tenminste geen probleem was, want ik ben immers de enige hospitalero die ’s nachts in de albergue aanwezig is. En dan hoorde er ook gewoon een ontbijt bij.

Het is hier echt niet alleen maar negatief.

Gastenboek

Albergue con cariño y mucha ‘alma’

Sofia, Mari-Lo, Rob, Claudia, Uma… un millón de gracias por mantener este albergue con cariño y mucha “alma”… 15-11-2014 Gloria de Mallorca

Sofia, Marilo, Rob, Claudia, Uma… een miljoen keer dank voor het behouden van deze albergue met liefde en veel “ziel”… 15-11-2014 Gloria uit Mallorca

San Vicente de la Barquera

Retourtje Comillas

De laatste albergue voor San Vicente staat in Comillas.
De vorige keer dat ik in Comillas was, als pelgrim, was daar de albergue gesloten vanwege bedwants (net als eind oktober en ook nog een paar keer eerder dit jaar), en ben ik vooral bezig geweest met het zoeken naar een alternatieve slaapplaats; ik heb toen dus eigenlijk niks van het stadje gezien.

Maar omdat ik gehoord had dat Comillas best een mooi stadje is, ik inmiddels behoorlijk zeker ben van een slaapplaats, en ik bovendien wel weer eens toe was aan een wandeling, heb ik mezelf vandaag een dag vrij gegeven en ben ik naar Comillas gelopen. Lekker langs de kust heen (kilometer of 14), en over de Camino terug (kilometer of 12). Met de tour door de stad heen een kilometer of 30, en dat is net een lekkere afstand.

Helaas wordt El Capricho van Gaudí voor niet-betalende gasten door een hoge muur volledig aan het zicht onttrokken, maar de rest van het stadje is ook mooi.

Hospitalero

Diefstal

Dat er met enige regelmaat wc-rollen verdwijnen, daar wen je een beetje aan. Triest maar waar. (Nee, ik ben het niet vergeten, en ik ben ervoor gestraft…)

Dat er gisteren een pelgrim op zijn knieën moet hebben gezeten, en zijn arm bijna uit de kom moet hebben gedraaid, om vanachter een hek een fles mineraalwater te pikken die hij in de supermarkt had kunnen kopen voor minder dan 25 cent, dat is behoorlijk sneu.

Maar vanmorgen stond ik echt perplex toen ik zag dat één van de pelgrims van afgelopen nacht de helft heeft afgesneden van de niet brandschone doek die ik gebruik om de badkamer te poetsen. Stiekem hoop ik dat het dezelfde is als degene die zijn stuk zeep vergeten is. Van de andere kant hoop ik ook dat hij beseft dat ik chloor gebruik om de badkamer schoon te maken, en dat de doek misschien niet heel geschikt is voor de afwas.

Hospitalero

Een maand hospitalero

Ik werk nu bijna een maand als hospitalero; tijd voor een kleine evaluatie.

Hoe bevalt het? Nou, als ik heel eerlijk ben: niet geweldig.

Het werken voor de pelgrims bevalt me prima, daar gaat het niet om. Van het ontbijt geniet ik dan ook met volle teugen; dat is de tijd dat ik de albergue en de pelgrims voor mezelf heb. Het ontbijt kan ik dan ook helemaal naar mijn hand zetten (muziek bijvoorbeeld), en ik merk dat dat erg gewaardeerd wordt.

Maar er gaat hier ook behoorlijk veel niet zoals ik het graag zie, en ik heb niet genoeg te zeggen om daar iets aan te veranderen. En het hoeft van mij ook niet per se op mijn manier, maar toevallig weet ik wel heel goed wat pelgrims wel en niet willen. Zo weet ik bijvoorbeeld dat pelgrims er helemaal geen behoefte aan hebben dat de tv aanstaat van halverwege de middag tot laat op de avond, en zeker niet als het volume dan ook nog eens dusdanig is dat een gesprek eigenlijk niet meer mogelijk is. En zo zijn er nog wel een paar dingen die anders zouden gaan als ik de beslissingen zou nemen, maar laat ik het fatsoen hebben niet teveel uit te weiden.
Ook vervelend is trouwens dat Luis tot op de dag van vandaag weigert mijn naam te noemen, en ik voor hem ‘hé’ blijf. Ik heb geen idee wat ik gedaan kan hebben om dat te verdienen; misschien is het genoeg dat ik hem er, puur door mijn aanwezigheid, aan herinner dat hij het zelf allemaal niet meer kan.

Voordeel is wel dat ik een steeds beter beeld krijg van hoe mijn albergue er straks uit moet zien. Want dat die er komt, weet ik met de dag meer zeker. Ik roep al heel lang dat ik graag een B&B zou willen hebben; erg veel verschil tussen een B&B en een albergue voor pelgrims is er niet, en een albergue sluit wel erg goed aan op mijn eigen leven.

Maar goed, voorlopig moet ik wel eten. En intussen heb ik een profiel aangemaakt op HelpX, en heb ik een mail gestuurd aan een albergue in Frankrijk waarvan ik gehoord heb dat-ie te huur is.
En van tegenspoed leer je meer dan van voorspoed.

Hospitalero

Bedwants

Vanmiddag om een uur of 3 kwam Anita binnenlopen, een Duitse pelgrima (is dat een woord?) van halverwege de 50. Ze was nat en koud, maar gaf zelf ook aan dat ze bedwants bij zich had; ze had verschillende beten. Bedwants is de grote schrik van albergues (en alle andere plaatsen waar mensen slapen): een besmetting betekent meerdere dagen dicht om te ontsmetten. Mijn eerste reactie was: alle kleren en de slaapzak in de wasmachine op hoge temperatuur en daarna in de droger (bedwants kan niet tegen temperaturen boven 50 graden), de rugzak in een plastic zak met verdelgingsmiddel, en Anita onder de douche; Anita zelf gaf overigens ongeveer hetzelfde aan. Maar omdat ik hier nog niet eerder mee te maken gehad had, en er niemand anders aanwezig was, besloot ik eerst Sofia te bellen, om te vragen of ik niets over het hoofd zag.

Sofia’s eerste reactie was ‘Stuur haar maar door naar de volgende herberg.’. Dat ging mij te ver, en gelukkig hoorde ik aan de andere kant van de lijn ook Marilo tegenstribbelen. Blijkbaar hadden Marilo en ik samen een punt, want Sofia vroeg me Anita’s rugzak in een plastic zak met verdelgingsmiddel te doen, en Anita zelf te laten wachten tot Sofia over een uurtje in de herberg zou zijn. Dat uurtje bleek een Spaans uurtje te zijn: na anderhalf uur belde Sofia dat ze er met een half uurtje zou zijn.

Wat mij betreft had doorweekte Anita toen wel lang genoeg gewacht — een beker thee helpt maar tot op zekere hoogte als je een dag in de regen hebt gelopen —, en dus maakte het me niet meer zoveel uit wat Sofia er van zou vinden. Ik zocht in de zak met door pelgrims vergeten kleding wat kleren die Anita ongeveer zouden passen, en gaf Anita opdracht om naar de badkamer te gaan, haar kleren in een plastic zak op de gang te zetten, en een warme douche te nemen; als ik de zak met kleren in de gang zou vinden, zou ik die ‘in quarantaine’ nemen. Anita gehoorzaamde dankbaar.

Toen Sofia uiteindelijk arriveerde, nam ze het me niet kwalijk dat ik Anita alvast had laten douchen, en was ze blij verrast dat ik zo pragmatisch was geweest om Anita kleren te geven uit de zak met door pelgrims vergeten kleding; daar was ze zelf nooit op gekomen. Bovendien had ze bedacht dat we Anita’s kleding en slaapzak op 60 graden konden wassen, en daarna in de droger konden doen, dat moest afdoende zijn tegen bedwants.
Ik denk dat ik de volgende keer maar niet meer bel, en dat de volgende pelgrim met bedwants een uur of 2 sneller onder de douche staat…

Anita was me zo dankbaar voor mijn reactie, dat ze me mee uit eten nam. Onder het eten heeft ze op me in zitten praten om me te overtuigen dat ik een eigen albergue moet beginnen; ze vindt me een natuurtalent. Mijn argument dat dat wellicht wat moeilijk zal zijn zonder geld, wuifde ze zonder genade weg; ze heeft namelijk sinds 3 jaar zelf een albergue in Frankrijk, langs de route van Le-Puy naar Saint-Jean, en die is ze gestart vanuit een geen-geld-situatie. Ze had niet alleen tips over het bij elkaar krijgen van geld, maar wist zelfs een albergue te huur.
Ik denk zomaar dat ik met Anita nog weleens contact zal hebben. Met dank aan de bedwants, de schrik van alle hospitaleros…

Vriendelijk verzoek van een hospitalero: laat het weten als je denkt dat je bedwants bij je hebt. Niet alleen help je daarmee de verspreiding te voorkomen/stoppen, het is voor jou ook de enige manier om er van af te komen.

San Vicente de la Barquera

Wilde zee

De zee was lekker wild vandaag.

Sorry voor die achtbaan-achtige zwaai aan het einde van de video; ik moest de camera even heel snel uit de baan van die golf halen.

Inmiddels onweert het hier als een dolle.

Hospitalero

De wereld is klein

Vandaag 7 pelgrims ontvangen. Ze lopen niet allemaal samen, maar ze kennen elkaar wel allemaal uit vorige albergues. Met elkaar spreken ze Spaans, dus dat ging mij al gauw te snel. En dus haalde ik mijn standaard-zinnetje tevoorschijn: ‘No si rapido por favor; hablo pocito español.‘ (ik weet niet of het helemaal correct Spaans is, maar misschien is het ook beter van niet). Waarop één van hen vroeg ‘¿Cual nacionalidad?‘. Ik antwoordde, naar waarheid, ‘Holandès.‘, waarop hij zei ‘Dan hebt ge vrienden in België.‘.

Ik heb van 25 op 26 mei geslapen bij Jean en Jeanne in Braine-le-Château. Na mijn reis heb ik hen een kopie van mijn laatste nieuwsbrief gestuurd, omdat ik me bij hen erg op mijn gemak had gevoeld. De Belg die ik vandaag in de albergue heb, is een vriend van Jean en Jeanne; ze hadden hem verteld dat ze een hospitalero kennen in San Vicente de la Barquera.
En zo stuurde Vincent vanavond een foto van mij naar Jean en Jeanne, waarop Jean en Jeanne mij een mail stuurden met de groeten aan Vincent. En zo was de cirkel rond. :-)