In 2014 liep ik van Wateringen in Nederland (in het Westland) naar Fisterra in Spanje (ten westen van Santiago de Compostela).
Daarna besloot ik om niet terug te keren naar Nederland, maar verder te zwerven.
Sinds begin 2022 heb ik, na bijna 8 jaar zwerven in Noord-Spanje en heel Frankrijk, een huisje in de Loire-Atlantique in Frankrijk.
Ik volg momenteel een opleiding waarmee ik straks aan de slag kan in de hulpverlening.
|
Een maand geleden is het alweer dat ik een bericht plaatste…
Zoals ik eerder al aangaf, was het internet in Uhart-Mixe geen vanzelfsprekendheid. En daarna werd het alleen nog maar lastiger.
Tot afgelopen weekend heb ik in Uhart-Mixe bij l’Escargot gewerkt. Ik heb geprobeerd om daar in de regio werk te vinden, maar dat is niet gelukt: als je geen bankrekening hebt, wil geen uitzendburo je inschrijven, en als je geen werk hebt, wil geen bank je een rekening geven.
Afgelopen zaterdag heeft Arno, de eigenaar van l’Escargot, me meegenomen op een rondje langs andere gîtes, om te kijken of ik daar aan de slag zou kunnen, en afgelopen zondag heb ik daar zelf nog een rondje achteraan gedaan. De resultaten zijn hoopgevend, maar niet juichend. In het kort:
In oktober en november hoop ik aan de slag te kunnen bij Martine in Larressingle, waar ik eerder dit jaar ook al werkte; er moet het een en ander geklust worden.
In september kan ik aan de slag bij een gîte-complex in Sauboires; ook hier gaat het om klussen, en verder heeft de (enorme) tuin onderhoud nodig.
In oktober is er een wervingsdag voor 3 skigebieden in de Pyreneeen. Ik ben vastbesloten daar werk te vinden voor de winter.
In de Gers, in de buurt van een aantal gîtes waar ik al eerder werkte, is een soort bio-snackbar voor pelgrims. De dames die deze snackbar runnen, willen verhuizen en zoeken iemand om de snackbar over te nemen. Ik ben er inmiddels een paar keer geweest, en als alles gaat als gepland, hebben we volgende week een afspraak met de burgemeester om te vragen of die er zijn zegen (het is een heel klein dorp) en een investering (het pand is van de gemeente, en is momenteel niet geschikt om er ook te wonen) aan wil geven.
Als dit doorgaat, zou ik daar zo rond april beginnen.
En verder zijn er nog 1 of 2 gîtes waar ik misschien een paar weken zou kunnen werken, maar dat is een dikke ‘misschien’.
Vanaf september ziet het er dus allemaal redelijk zonnig, of in ieder geval niet al te regenachtig, uit. Maar tot september heb ik nog niets. Enerzijds goed, want het geeft me de tijd te onderhandelen en plannen voor de snackbar, maar anderzijds zijn eten en een dak boven je hoofd ook wel fijn.
Ik heb in Uhart-Mixe gelukkig wat geld kunnen verdienen met grasmaaien, en ik heb mijn tentje bij me, dus uiteindelijk ga ik me er wel doorheen slaan, maar comfortabel is anders.
Voorlopig even zover.
Als er tikfouten in dit bericht staan, komt dat doordat ik achter een computer met Frans toetsenbord zit; mijn eigen computer staat, samen met wat andere spullen, tijdelijk op een zolder opgeslagen. Ik zal dus ook de komende tijd niet heel veel kunnen schrijven (en beantwoord alleen de meest dringende e-mails, want een smartphone is nog erger dan een Frans toetsenbord).
Ik ben inmiddels ruim 2 weken in Uhart-Mixe, en dus is het hoog tijd voor een update.
Uhart-Mixe is een dorpje in Frans Baskenland. In het dorp is 1 gîte (l’Escargot) en 1 bar (l’Escargot); verder zijn er een taxibedrijf en een garage, en daarmee hebben we het wel gehad. Maar eerlijk gezegd moet je ook niet veel meer verwachten van een dorp met 220 inwoners.
Het dorp ligt niet op de chemin, maar op een variant, waarmee je een paar kilometer afsnijdt. Op mijn wandeling in 2014 ben ik niet door Uhart-Mixe gelopen, want ik heb niet de variant genomen; ik ben op een paar kilometer afstand gepasseerd. Vlak voor Uhart-Mixe komen de Chemin du Puy en de Voie de Vezelay bij elkaar, en dus zie ik hier zowel pelgrims die dezelfde weg hebben gelopen als ik (Vezelay), als pelgrims die de weg hebben gelopen waar ik inmiddels veel gewerkt heb (Le Puy); in de eerste week dat ik hier was, heb ik ook aardig wat pelgrims gezien die ik ook al ontvangen had bij Martine in Larressingle, en zelfs een stel dat zo langzaam loopt, dat ik ze begin mei ook al bij Anita in Montréal-du-Gers had gezien.
Het werk is hier deels hetzelfde als in de andere gîtes waar ik gewerkt heb – pelgrims ontvangen, diner en ontbijt serveren, en vooral veel schoonmaken -, maar ook een stuk zwaarder vanwege de bar: als we om 11 uur klaar zijn met de schoonmaak gaat de bar open, en dan zitten vaak de eerste pelgrims al klaar om wat te drinken of een lunch te bestellen. Als de lunch dan om een uur of 3 achter de rug is, zijn de eerste pelgrims voor de nacht vaak alweer gearriveerd. Het werk houdt dus nooit echt op, en dat vreet energie.
Met Isabelle kan ik het goed vinden en goed samenwerken, en voor de rest van het dorp hoor ik er direct bij; men denkt hier wat dat betreft simpel: Isabelle komt om Arño (de eigenaar van het pand) te helpen, dus Isabelle is oké, en Rob komt om Isabelle te helpen, dus Rob is oké. Basken maken niet veel woorden vuil.
(Beetje meer info: Arño heeft een jaar of 10 samen met zijn vrouw Antoinette de gîte gedreven; vorig jaar is Antoinette overleden, en Arño ziet het niet zitten om in zijn eentje verder te gaan; Isabelle huurt nu de gîte voor dit seizoen.)
We hebben afgesproken dat ik tot half juli blijf; daarna komen er vrienden van Isabelle om te helpen.
Zo’n beetje het eerste dat me opviel toen ik hier voor het eerst binnenkwam, was deze foto, die in een hoek van de bar hangt:
Natuurlijk mag ik niet van je verwachten dat je dat kapelletje direct herkent, maar ik deed dat wel. Ik werd namelijk op 18 augustus 2014 in dit kapelletje wakker, en werd daar toen getrakteerd op de mooiste zonsopgang die ik tijdens mijn wandeling naar Santiago gezien heb. De kapel staat hier zo’n 2½ kilometer vandaan, en ik weet nu dat ze de Chapelle de Soyartz heet. Van hier achter het huis kan ik de kapel als een heel klein stipje in de verte zien staan, maar ik heb besloten er niet naartoe te lopen: ik wil niet het risico lopen dat ik de herinnering stuk maak.
Nog zo’n leuk toevalligheidje: op de schoorsteenmantel staat een beeldje van Sint Vincent met een bootje in zijn hand. In Spanje wordt deze beschermheilige, van onder meer de schippers, ook wel San Vicente de la Barquera genoemd. En laat dat nou ook de naam zijn van het dorp waar ik voor het eerst als hospitalero gewerkt heb…
Overig kort nieuws:
De Franse staat betaalt een jaar lang mijn ziektekostenverzekering. De AME (Aide Medical de l’État) is een regeling voor daklozen. Ik heb verzocht om voor die regeling in aanmerking te komen, en kreeg vlak voor mijn vertrek naar Uhart-Mixe te horen dat ik geaccepteerd ben. Als ik straks een beetje tijd heb, kan ik me dus even helemaal laten checken en updaten.
(Ja, die foto had gezelliger gekund. Maar probeer maar eens te lachen als je in je eentje in zo’n automaat zit.)
Ik heb in de afgelopen maanden wat geld bij elkaar gesprokkeld met klusjes als gras maaien, en Isabelle heeft besloten dat de pour-boire (de fooienpot) voor mij is, en dus heb ik mezelf van de week getrakteerd op de nieuwe wandelschoenen die ik heel hard nodig had.
Op zoek naar de wandelschoenenwinkel kwam ik ook langs een muziekwinkel, en in een impuls heb ik me een mondharmonica aangeschaft. Nu nog leren spelen…
Onderweg naar Uhart-Mixe heb ik borden gezien die naar skigebieden wijzen. Ik wil proberen om daar werk te vinden voor de winter. Komende woensdag kan ik een auto lenen, en heb ik een dag ‘vrij genomen’ om een rondje te maken.
Ik heb zojuist wat achterstallige berichten geplaatst voor
(En ik ben gestopt met het uittikken en vertalen van de gastenboek-berichen, want dat kost me veel teveel tijd, waardoor ik het blijf uitstellen.)
De 3 Maries: Marie-Madeleine, Marie-Claude en Marie-Odile; 3 dames op leeftijd die constant praten en toch gezellig zijn.
Eén van de dames had pijn in haar voeten en kon niet meer verder; Isabelle is ze daarom gaan halen op 3 kilometer voor de gîte. De volgende dag hebben de dames moeten besluiten dat het er voor dit jaar op zit.
Vorig jaar had ik Josette en Françoise ook al ontmoet, toen ik bij Anita werkte. Tot mijn schande had ik ze niet herkend, maar Françoise zei het direct toe ze aankwamen.
Dat is inderdaad waarschijnlijk het mooiste van de Jacobsweg: de verschillende nationaliteiten en culturen die je tegenkomt.
Alors…
Daar ben ik weer.
Even een korte update. Ik zou erg graag een lange update doen, maar Uhart-Mixe ligt in een zogenaamde white spot, wat wil zeggen dat we hier digitaal gezien zo’n beetje volledig afgesloten zijn van de rest van de wereld; ik tik dit terwijl ik met mijn laptopje voor de deur zit van het plaatselijke taxi-bedrijf, dat zo aardig is om zijn internetverbinding via gratis wifi te delen met de rest van het dorp. En de batterij van mijn laptop is niet berekend op lange verhalen.
Ik ben dus inmiddels aangekomen in Uhart-Mixe, waar ik bij Isabelle in gîte/bar l’Escargot werk. Het werk was een beetje teveel voor Isabelle alleen, dus ik kom hier niets te vroeg, en mijn ervaring als hospitalier en horeca-medewerker komt goed van pas.
Eergisteren zijn ook nog 2 vriendinnen van Isabelle aangekomen om te helpen. Eerlijk gezegd heb ik sterk het idee dat die vooral gekomen zijn om te bewijzen dat een hospitalier het leven niet altijd makkelijker maakt; maar goed, zaterdag vertrekken ze weer, en dan begin ik gewoon weer opnieuw met het inlopen van de achterstand.
En dan natuurlijk nieuws over mijn eigen gîte.
Die komt er voorlopig nog niet.
Ik had al zo mijn twijfels over de eigenaar van het huis — de ene dag zei hij dit, en de volgende dag weer dat — maar het huis was prachtig, en de afspraken die we gemaakt hadden leken solide, dus op 1 juni liet ik hem weten dat ik het zou gaan doen. Vervolgens kreeg ik op 2 juni een mail van hem, waarin zo’n beetje alle voorwaarden weer veranderd waren, met als belangrijkste wijziging (voor mij) dat het niet langer mijn gîte was, maar ineens onze gîte. En dat was voor mij niet acceptabel; ik was sowieso al niet op zoek naar iemand die wilde mee beslissen over de manier waarop de gîte gerund zou worden, maar aangezien deze man zelf in een vuilnisbelt leeft, was hij wel de laatste die ik daarin zou accepteren. En dus heb ik hem op 2 juni laten weten dat het hele feest niet doorgaat.
En ben ik nu naarstig op zoek naar werk en onderdak voor komende winter.
En nu is de batterij van mijn laptop bijna leeg, en ga ik dit verhaaltje dus afbreken. Van de week zal ik proberen wat foto’s en een video van de afgelopen weken te uploaden, en wat meer uit te weiden over waar ik nu ben, en waar ik de afgelopen tijd was.
Om de een of andere reden hang je er als hospitalier vaak maar een beetje bij voor de pelgrims; ik verbaas me er iedere keer weer over hoeveel pelgrims er zijn die bij vertrek alleen de eigenaar van de gîte bedanken en groeten. Deze mensen kwamen tijdens of na het schrijven van het bericht waarschijnlijk tot de conclusie dat ze eigenlijk vrijwel alleen met mij gepraat hadden, en nauwelijks met Martine, en hebben mijn naam er nog even vlug bijgekrabbeld.
Een indruk van het uitzicht vanuit de tuin van La Halte de Larressingle.
|
Privacy De applicatie die wordt gebruikt voor het verzamelen van statistieken over het bezoek op deze website, anonimiseert de verzamelde informatie door de laatste byte van het IP-adres te verwijderen. Ook respecteert deze applicatie de Do Not Track instelling van je browser.
Helaas zijn de ontwikkelaars van WordPress en de WordPress plug-ins minder respectvol. Je privacy kan daarom helaas niet gegarandeerd worden op deze website.
|
Recente reacties