Vanmorgen mijn laatste 2 San Vicente-pelgrims uitgezwaaid, en toen was het tijd om zelf mijn tas in te pakken. Heerlijk om weer bezig te zijn met het zo klein mogelijk maken van de pakketjes, en de juiste volgorde in de tas.
Ik liep San Vicente uit via de weg die ik in september gekomen was, maar gelukkig besefte ik al voordat ik de brug helemaal over was dat het wel erg stil was op de weg: voor de snelweg had ik voor de brug een andere afslag moeten nemen. Fout snel hersteld en richting snelweg gelopen.
Tussen San Vicente en de snelweg (een paar kilometer) was er slechts 1 auto die me wel mee wilde nemen, maar die liet ik gaan; ik kon meerijden tot Unquera als ik wilde, weliswaar het volgende dorp, maar helaas de verkeerde kant op. Terwijl ik aan kwam lopen bij de oprit van de snelweg, zag ik in de verte een auto aan komen rijden waarvan ik dacht ‘Jij hebt ruimte genoeg voor een zwerver en zijn rugzak.‘. En zo dacht deze dame er blijkbaar ook over, want ze stopte en bracht me tot ruim voorbij Santander. Een goed begin.
De volgende lift kwam ook erg snel, en bracht me tot Loredo; dat schoot lekker op. Bij Loredo stond ik vervolgens nog geen 10 minuten toen de volgende auto alweer stopte: een lift naar Portugalete. In Portugalete werd ik op een niet zo geweldig punt afgezet, maar binnen een kwartiertje had ik alweer een lift naar Bilbao. En daar ging het fout. In Bilbao werd ik op een onmogelijke plek neergezet: ik mocht er niet staan, er kwam bijna geen verkeer langs, en er was geen plaats voor auto’s om te stoppen. Ik pakte de GPS erbij, en besloot een kilometer of 4 te lopen naar een punt waar ik beter dacht te staan; dat was 4 kilometer bijna helemaal bergop, met halverwege een eindeloos lange trap. Onderweg kwam ik langs de Albergue Municipal van Bilbao, en dus overwoog ik daar maar een bed te nemen, maar de albergue bleek dicht voor de winter. Ik sleepte me verder richting snelweg. Gelukkig hoefde ik niet helemaal tot aan de oprit te lopen: op een kilometer afstand kon ik zien dat de snelweg hier tolweg is; een onmogelijke plek om te liften. En dus keerde ik om, om in Bilbao een bed te gaan zoeken.
Ik kwam langs een hotel waar trots een bord ‘Albergue Municipal‘ met de bekende gestileerde schelp in de tuin preikte; blijkbaar neemt dat hotel hier de honeurs waar als de echte albergue dicht is voor de winter. Helaas hoort daar niet de service bij die bij een Albergue Municipal hoort: ‘Sorry meneer, dit is een hotel, en als u geen geld heeft, kan ik niks voor u doen.‘. Wel kon de receptioniste me op de kaart een daklozenopvang wijzen; ze had gehoord dat daar weleens pelgrims zonder geld terecht kunnen.
Die daklozenopvang bleek alleen de opvang zelf te zijn: om voor een bed in aanmerking te komen, moest ik me eerst gaan melden op het kantoor, aan de andere kant van de stad. Ik gaf mezelf een schop onder m’n kont richting de andere kant van de stad. Daar aangekomen, mocht ik eerst anderhalf uur in de rij staan. Eindelijk aan de beurt, had de dame mooi nieuws voor me: om in aanmerking te komen voor een plek in de opvang moest ik me ’s avonds komen inschrijven, en dan de volgende ochtend om 9 uur terugkomen. Voordat ik kon tegensputteren dat ik een pelgrim was, en dus morgenochtend om 9 uur alweer onderweg wilde zijn, spurtte ze de kamer uit om de wachtlijst te halen. Toen ze terugkwam, had ze gelukkig goed nieuws: er was momenteel geen wachtlijst, en ik kon dus direct terecht. Ik zuchtte opgelucht en hing de rugzak, die inmiddels loodzwaar was, weer op mijn rug om terug te hobbelen naar de andere kant van de stad (nee, naar de ene kant, want dit was de andere kant).
Daar aangekomen ging het verder vrij vlot: ik mocht mijn rugzak op mijn kamer (eigen kamer!) zetten, maar moest daarna mijn sleutel weer inleveren, want tot 8 uur mocht er geen gebruik gemaakt worden van de kamers. En of ik misschien vanavond een diner wenste te gebruiken? En morgenochtend een ontbijt? Uiteraard sloeg ik dat niet af. (Lekker met je dienblad in de rij tussen de andere kanslozen, net of je bij een AC Restaurant bent, leuk toch? ;-))
Omdat ik toch moest wachten ging ik alvast boodschappen doen voor morgen onderweg, maar dat was eigenlijk niet goed: toen ik terugkwam en nog een keer mijn sleutel vroeg, werd ik streng toegesproken (‘geen eten en drinken op de kamer‘), moest ik mijn boodschappen in mijn kluisje zetten en de kluissleutel inleveren. Toen ik na het eten mijn kamersleutel ging halen, kreeg ik ook mijn boodschappen weer mee, ongetwijfeld nauwkeurig gecontroleerd op alcoholische inhoud (waar de huisregels wèl over gesproken hadden, en wat ik dus gelukkig niet gekocht had).
En nu zit ik na soep, lekkerbekjes, brood en yoghurt op mijn eigen kamer mijn verhaaltje te tikken en een reep chocola te eten. Wifi is er niet, maar dat neem ik ze nauwelijks kwalijk; waarschijnlijk ben ik een van de weinige daklozen met een blog.
Overigens is Bilbao niet echt een tegenvaller: toen ik vanmorgen vertrok hoopte ik dat ik vandaag Bilbao zou halen, maar verwachtte ik Santander. Maar doordat de ochtend zo voorspoedig verliep, heb ik in de loop van de dag wel gehoopt dat ik vandaag Frankrijk al zou halen.
Recente reacties